Het sprookje van kasteel Vorden.
Er was eens……., zo beginnen bijna alle sprookjes, dus ook die in de 21e eeuw, .......een jongetje dat dolgraag “edelman” wilde worden, dat leek hem echt het einde.
In zijn jeugd had hij daar al vele boeken over gelezen, zoals over Maarten van Rossum (nee, niet die tegenwoordige), de roofridders van Wisch en Wildenborch, Berend van Hackfort en meer van zulke kornuiten, edele heren allemaal maar nou niet bepaald zachtzinnig in de omgang.
Nergens in deze boeken echter vond hij een manier om als ‘gewone jongen’ op te klimmen tot edelman, jammer, jammer!
Eigenlijk had hij zich al min of meer neergelegd bij zijn ordinaire, dus gewone en burgerlijke bestaantje, totdat er iets totaal onverwachts in zijn leven gebeurde. Iets dat alleen maar voor komt in sprookjes en die verwacht je toch niet echt in de 21e eeuw, wel dan?
En zo kon het gebeuren dat deze man in contact kwam met een vrouw, niets bijzonders zult u wellicht zeggen, maar in dit geval wel! De dame in kwestie woonde namelijk op een heus KASTEEL en zulke dames kom je natuurlijk niet elke dag tegen, zeg nou zelf.
De dame in kwestie was schatrijk en zou dus met gemak in een knots van een penthouse in een wereldstad kunnen wonen, maar zij had besloten om haar intrek te nemen in een kasteel. Nou ja, ‘ieder ziene meug’ zegt het spreekwoord, dus zij in een kasteel in onze altijd zo rustige Achterhoek. Eerst had zij daar gewoond met haar partner maar die had deze sponde verlaten en haar alleen achtergelaten in een, naar later bleek, toch wel erg oud en ook koud kasteel.
Zij had waarschijnlijk na verloop van tijd dan ook behoorlijk last van ‘kolde vuute’ en dan moet je toch wat verzinnen om dat probleem op te lossen.
In sprookjes komt er altijd een oplossing zoals u weet en deze bestond in dit geval uit een ontmoeting met een man die wel bereid bleek om wat aan die ‘kolde vuute’ en zo te doen en daarmee was ze waarschijnlijk erg gelukkig.
Ook de man in kwestie zou zeer gelukkig moeten zijn met deze toestand, hij was dan wel, zoals gehoopt en gedroomd, geen edelman geworden maar hij woonde wel op een heus kasteel en dat zouden er niet velen hem na kunnen doen.
Echter van deze metamorfose in zijn leven raakte hij kennelijk gefustreerd en ietwat uit balans, hij ging zich wat verheven voelen boven het gewone ‘klootjesvolk’, waartoe hij zelf tot nu toe ook altijd behoord had. Misschien ook wilde hij zijn geliefde kasteelvrouwe wel eens tonen dat hij tot meer in staat was dan alleen maar ‘vuute warmen’.
Zo kon het gebeuren dat hij met veel bravoure en uiterlijk vertoon een paar argeloze wandelaars, een oudere man van in de tachtig, een vrouw van middelbare en een klein meisje, intimiderend wist te benaderen en met handtastelijkheden en wilde kreten als ‘opdonderen en wegwezen’ de stuipen op het lijf te jagen. Erg EDEL is de man dus niet geworden en dat kan ook eigenlijk niet want zoals iedereen weet: Je wordt edel GEBOREN, niet gemaakt!
Wie denkt dat zo iets alleen in sprookjes gebeurt heeft het behoorlijk mis, dit is de realiteit van nu, 2018.
Nog een spreekwoord is hierop van toepassing en wel deze:
“Als niet komt tot iet, dan kent iet zich zelve niet”.
De vraag hoe een prachtig en gastvrij dorp in de Achterhoek zich van zulke bewoners zal weten te ontdoen blijft vooralsnog in dit sprookje onbeantwoord, helaas!
2018, Wim Jansen.
P.S. 1: Ook de vraag of de kasteelbewoners zich al dan niet hebben schuldig gemaakt aan “landjekaap” is, na twee jaar, nog steeds niet beantwoord.
P.S. 2: In februari 2021 heeft de rechter bepaald dat het gebied bij het kasteel vrij toegankelijk moet zijn voor wandelaars.
En nu maar afwachten totdat alle aangebrachte beperkingen weer zijn verwijderd!
Maak jouw eigen website met JouwWeb